Klamme handen, een hoge hartslag, zweten, vermijdend gedrag. Mensen met faalangst krijgen flink wat uitdagingen te verduren op de werkvloer. Hoe help je jezelf in zo’n situatie het best?
Als je last hebt van faalangst kun je niet goed meer nadenken. Alsof de spanning alles wat je weet heeft gewist. Dat kan lastig uitpakken als er een belangrijke presentatie moet worden gegeven, of als je baas informeert naar de voortgang van een project. De angst verlaagt daarnaast je prestaties.
Faalangst ontwikkelt zich in de loop van een leven, legt Arjan van Dam, psycholoog en schrijver van het boek ‘De kunst van het falen’ uit. “Naarmate je je meer bewust wordt van je sociale omgeving, zal ook de faalangst zich ontwikkelen.” Daar zit de angel, aldus Van Dam. “Faalangst is je zorgen maken over de gevolgen als iets niet lukt. Voorbeelden als examens worden dan vaak genoemd, want als je het niet haalt dan slaag je niet. Op het werk heeft het sociale gevolgen en spelen dingen als status, erkenning en waardering mee.”
Faalangst vertraagt ons ‘werkgeheugen’
Ons bewuste denkvermogen is beperkt, legt Van Dam uit. “Een computer heeft een werkgeheugen en kan met 1 of 2 programma’s tegelijk open wel goed werken, maar bij 10 wordt ‘ie trager. Mensen met faalangst hebben ook meerdere programma’s open, waarvan enkele draaien om de angst om te falen en de bijbehorende zorgen. Dan presteer je dus minder.”
Waar er wel veel cijfers zijn over faalangst bij kinderen en jongeren, een op de tien jongeren tussen 13 en 18 jaar heeft volgens het Nederlands Jeugd Instituut last van een angststoornis zoals faalangst, ontbreken jammer genoeg deze gegevens over faalangst bij volwassenen.
Volgens Forbes ervaart meer dan 60 procent van de werknemers in Amerika drie of meer werkdagen per week stress op kantoor, aldus een onderzoek van payrollbedrijf Paychex. Bij mensen met faalangst kan dit zich op verschillende manieren uiten. Een bekende manier is self-handicapping, legt Van Dam uit. “Je hebt de volgende dag een belangrijke meeting op je werk en de dag ervoor ga je naar een borrel en drink je flink wat. Dan heb je de volgende dag een reden om de meeting niet goed gedaan te hebben.”
Aandacht vermijden om niet te falen
De andere uitwerking is het tegenovergestelde, vermijding. “Dat probeer je juist om alles uit de weg gaan. Je wil niet vooraan lopen of opvallen, niet positief en niet negatief.” Bij sommige mensen neemt dit nog meer drastische vormen aan. Op het moment dat vermijden op het werk na een tijdje lastig wordt, zoeken ze een andere baan.
Faalangst is vooral aanwezig bij situaties waarin je dingen moet doen die je niet goed kan. Dat zorgt voor uitstelgedrag en pogingen om taken af te schuiven. Dit kost het werkgevers veel geld. Uit cijfers van het Britse RateSetter uit 2015 blijkt dat uitstelgedrag op de werkvloer Britse bedrijven jaarlijks 87 miljard euro kost. Zo zou de gemiddelde werknemer 43 minuten per dag verspillen aan het uitstellen van taken en klussen. Dat is bijna 10 procent van de werkdag (bij 7,5 uur), en komt neer op 3.35 uur per week.
Dat is uiteraard jammer voor de baas, maar het gaat ook ten koste van het welzijn van de werknemer, aldus Van Dam. “Het leven van mensen met faalangst is kwalitatief minder leuk, en dat is nogal een forse prijs. Ze leveren in op productie en halen niet eruit wat erin zit. Het reikt dus wel verder dan bang zijn op het werk.”
Help jezelf over faalangst heen: wordt bewust
Er zijn manieren om jezelf te helpen als je faalangstige trekjes hebt. “Het gaat om het signaleren van spanning en je daarvan bewust worden. Je moet proberen uit te zoeken welke gedachtes dit gevoel veroorzaken.” Dat is moeilijk, beaamt Van Dam, “je kan moeilijk jezelf aan je haren uit het moeras trekken.” Het zijn gedachten, overtuigingen waar je tegen moet vechten. Cognitieve therapieën kunnen helpen bij dit soort obstakels, aldus Van Dam. Daarnaast benadrukt hij dat zelfvertrouwen alleen maar kan groeien als je een uitdaging aangaat en nieuwe dingen leert. “Dat gaat altijd met vallen en opstaan.”
Maar Van Dam heeft ook een andere methode. “Probeer alles voor te stellen als leerproces, als een leerdoel. Ik vergelijk het met pianoles. Stel je speelt een pianoconcert in het Concertgebouw en je kan goed spelen, plus je hebt veel geoefend. Tijdens het optreden sla je drie noten helemaal mis en je schaamt je zo dat je nooit meer het podium op wil. Maar als jij in de les drie noten mist, dan heb je niet gefaald. Dan denk je, oh dat stuk is lastig dus daar ga ik veel op oefenen. En je bespreekt met de leraar wat er misgaat. Als je het leven op die manier bekijkt en alles als een leerproces ziet, dan heb je er minder last van. Die mensen hebben een leuker leven.”