Na een baan als geriatriefysiotherapeut ontdekte Marcel Fokker dat ICT beter bij hem paste. Hij liet zich omscholen en houdt zich nu als projectleider bezig met zorgtechnologie en innovatie bij Amstelring. “Het klikte meteen.”
Je zou het niet meteen zeggen, maar eigenlijk zijn er wel overeenkomsten tussen het werk van een fysiotherapeut en ICT’er, vertelt Marcel (36 jaar). “Het is natuurlijk een hele andere tak van de sport, maar wel met hetzelfde doel. Namelijk: het zo lang mogelijk bevorderen van de zelfstandigheid van ouderen en werknemers en hen zo goed mogelijk ondersteunen daarbij. Zo zien we ons werk bij ICT ook, we zijn ondersteunend aan het personeel en proberen de kwaliteit van leven van de bewoners met technologie zo lang mogelijk goed te houden.”
Wat nu?
Het rommelde al even, voordat hij de switch maakte naar ICT. “Ik werkte vanaf mijn 21e als geriatrisch fysiotherapeut, maar ik vond het na een aantal jaar niet zo leuk meer. Ik besloot te gaan lesgeven, om wat meer afwisseling te hebben. Maar ik bleef denken, is dit het nu? En zo niet, wat wil ik dan wel? Ik ben wel een beetje een hobbynerd en ICT leek me wel wat.” Zo kon hij meteen zijn wens om een master aan de universiteit te doen voldoen, hij koos voor de master Health Informatics.
“Anderhalf jaar geleden begon ik na te denken over wat ik met die opleiding wilde doen, ik solliciteerde op passende functies bij verschillende bedrijven. En reageerde op een plek als projectleider Zorgtechnologie en Innovatie bij Amstelring. Daar klikte het meteen. Ik zit nu in het laatste jaar van de studie en heb net mijn afstudeerscriptie geschreven voor Amstelring.”
Slimme systemen en zelfstandigheid
Wie in de zorg werkt, komt overal technologie tegen. Verpleegoproepsystemen, alarmeringen, bewoners met hals-polszenders en spreek-luisterverbindingen, sensoren. “Bewoners op woongroepen krijgen bijvoorbeeld een sensor, we werken vervolgens met scenario’s. Ligt iemand al heel lang niet in bed, of juist te lang, dan gaat het alarm af bij het personeel. Bij deze werkwijze staat het functioneren van de bewoner en de vraag van het zorgpersoneel centraal. Vervolgens zetten we een passende sensor neer.”
Bij de locatie Leo Polak wordt sinds kort met een nieuw scenario gewerkt, legt Marcel uit. “Een oudere bewoner kan zelfstandig naar het toilet, maar komt iemand ten val of ligt iemand bijvoorbeeld na tien minuten nog niet in bed, dan krijgt de zorg een melding. Dit soort systemen worden steeds slimmer en we werken altijd aan de zelfstandigheid en vrijheid van mensen. Je mag gewoon rommelen in je kamer, we willen het vooral weten als je de kamer verlaat.”
Werkbaarheid voor de zorg
Vrijheid is een belangrijk thema, zo wil Amstelring af van de gesloten deuren in groepswoningen. “Dat is een spannende exercitie, ook voor het personeel. Wij leggen nu de infrastructuur neer om bijvoorbeeld een melding te krijgen als een bewoner in een andere zone is. Ze moeten wel de leuke plekken in een pand kunnen bereiken, zoals het winkeltje, de tuin of de kapper. Door per bewoner in te stellen wat er toegankelijk moet zijn, gebaseerd op wat iemand aankan, kunnen we zoeken naar de juist balans tussen vrijheid, veiligheid en werkbaarheid voor de zorg.” Er wordt daarnaast steeds meer gezocht naar alternatieven. Zo kennen sommige mensen de buurt waarin ze wonen goed en komen ze graag buiten. “Dit moet dan ook kunnen, bijvoorbeeld met hulp van een GPS-tracker.”
De wereld van de zorgtechnologie ontwikkelt zich razendsnel, op het moment dat je iets hebt ingevoerd is het soms alweer verouderd. “We willen met de tijd mee. We hebben laatst een pilot gedaan met de Momo BedSense, dat is een matje onder een matras waardoor je kunt zien of iemand op bed ligt, op de rand zit of uit bed is. We testen momenteel de Nobi Smart Lamp. Dit soort technologische middelen zorgen ervoor dat het personeel de kamer niet per se in hoeft ’s nachts. Dat zorgt mogelijk voor een betere nachtrust en een beter functioneren overdag.”
Minimale impact
Uiteindelijk moeten al deze middelen een minimale impact hebben op de zorg en het leven van de bewoners, vindt Marcel. “Je wil voorkomen dat mensen het gevoel hebben dat ze in de gaten worden gehouden, dus we werken ook vaak met dat perspectief in ons hoofd. En misschien zouden we daar nog wel meer aandacht aan moeten besteden.”
De switch naar ICT heeft Marcel veel goed gedaan, terug naar de fysiotherapie wil hij niet meer. “Het helpt ook dat Amstelring veel ondersteuning biedt. Er is tijd om te leren, fouten mogen gemaakt worden. Ik ervaar het als een relatief veilige leeromgeving en dat komt altijd ten goede.”